Schaken wordt gespeeld op een vierkant bord van acht rijen (de zogenaamde rangen en aangeduid met nummers 1-8) en acht kolommen (de zogenaamde bestanden en aangeduid met letters a tot en met h). De kleuren van de 64 vierkanten afwisselend en worden aangeduid als "licht" en "donker" vierkanten. Het schaakbord wordt geplaatst met een lichte plein aan de rechter uiteinde van het rang het dichtst bij elke speler.
Volgens afspraak worden het spel stukken verdeeld in wit en zwart sets, en de spelers worden aangeduid als "White" en "Black" respectievelijk. Elke speler begint het spel met 16 stuks van de opgegeven kleur, die bestaan uit een koning, een koningin, twee torens, twee lopers, twee paarden en acht pionnen. De stukken worden uiteengezet, zoals aangegeven in het diagram en foto's, met elk koningin op een vierkant van zijn eigen kleur, witte koningin op een lichte plein en de zwarte dame op een donkere.
Bug fixed.